Het eerste inhoudelijke artikel van de wet op het primair onderwijs zegt dat leerlingen recht hebben op onderwijs wat aansluit bij hun ontwikkelingsniveau en ontwikkelingstempo. Dat is makkelijk gezegd maar niet altijd even makkelijk gedaan.
Allereerst moet je je realiseren hoeveel compacten eigenlijk nodig is om het ‘goed’ te doen. Compacten wordt vaak aangeduid met een %. De 40%-compactlijn. De 25%-compactlijn. Waar naar gerefereerd wordt is het aantal opgaven dat een leerling moet doen om te komen tot beheersing van de stof. Waar een leerling met een gemiddeld leertempo 100 oefenopgaven nodig heeft om de stof te beheersen heeft een hoogbegaafde leerling er wellicht maar 25 nodig. Dus, de 25%-compactlijn.
Deze compactlijnen (soms ook wel ‘eerst en tweede leerlijn’ genoemd) gaan er echter vanuit dat de leerling de stof nog niet beheerst. Als hij of zij de stof al beheerst dan is eigenlijk zelfs 25% teveel maar zou je een leerling alleen voldoende stof aan moeten bieden om te onderhouden.
Veel methodes bieden intussen al een mogelijkheid om binnen de methode te compacten. Dit gaat echter over het algemeen enkel tot de 40% compactlijn. Dit is niet voldoende. Wat kun je dan doen als leerkracht zonder jezelf meteen bergen werk op te leveren? Een paar praktische tips:
- Laat de leerling alleen de laatste helft of kwart van de opgaven maken. Als die goed lukken zijn ze klaar, anders moeten ze terug
- Laat de leerling de moeilijkste opgaven kiezen en je achteraf vertellen waarom ze deze hebben gekozen
- Laat twee leerlingen samenwerken en voor elkaar kiezen of als tweetal alle opgaven maken
- Doe de even/oneven opgaven
Idealiter wil je niet generiek compacten maar het baseren op de huidige prestaties van de leerling. Hoe goed begrijpt hij of zij de stof? Dit kun je in kaart brengen op basis van de algehele scores van de leerling. Als de leerling al tijden I+ scores haalt dan ben je niet snel teveel aan het compacten. Daarnaast wil je voorafgaand aan een nieuw hoofdstuk een zogeheten “pre-toets” geven. De toets van het einde van het onderwerp. Daar kun je bijvoorbeeld de aanvullende diagnostische toetsen voor gebruiken. Als een leerling daarop al goed scoort hoeft een leerling alleen de onderhoudsopgaven te maken.
Uiteraard is er veel meer te zeggen over compacten en verrijken dan we kwijt kunnen in een artikel van een paar honderd woorden.
Meer weten?
Wil je meer weten over hoogbegaafdheid, versnellen, compacten & verrijken en signaleren? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief. Je ontvangt dan aanvullend aan onze nieuwsbrief een serie met onze meest waardevolle materialen en artikelen waaronder:
- Wat is het belang van peergrouponderwijs?
- Hoe pak ik versnellen goed aan?
- Hoe zet ik een plusklas op?
- Hoe kies ik de juiste methodes om te compacten en verrijken?
Daarnaast krijg je uitnodigingen voor een serie webinars over hoe goede ondersteuning voor hoogbegaafde leerlingen in te richten.
Op dit fomulier is het privacystatement van Novilo van toepassing.

Direct contact
Wil je contact met één van onze collega’s om te praten over jouw school of de stappen die jij kunt zetten als professionals om (nog) beter hoogbegaafde leerlingen te begeleiden? Neem dan contact met ons op.